Elke tien jaar (kroonjaar) word je weer een graadje anders
Toen ik 10 werd, hoorde ik voor het eerst over ‘kroonjaren’. Dát voelde speciaal; kroon, goud, koning, koningin, ik bén iemand… En dat zou opnieuw zijn als ik 20, 30, 40, 50, 60, 70, 80, 100 werd! Maar… wíe ben ik dan, wat word ik dan, wie ben ik aan het worden? Herinner jij je nog hoe die kroonjaren voor jou waren; waar je was, wat je deed, hoe je je voelde?
Zo begint een blog op de website van het Instituut voor Biografiek. Dat gaat verder met:
Dat kind van 10 voelt zich groot en soms ook alleen, heeft geheimen die alleen gedeeld worden met die ene goede vriend. De jongvolwassene van 20 gaat het avontuur aan in de wereld; werken, studie, reizen. Misschien met 30 al een beetje gesetteld in werk en relatie. Ben je 40 dan weet je je plek in de samenleving, en ook wellicht ontgoocheling? Met 50 dieper onderzoeken wat je de wereld écht wilt bieden. Vanaf 60 doorgeven, dienend leiderschap en tegelijkertijd nog zoveel willen omdat je je eigen potentie meer kent. Bij 70 is het terugtrekken begonnen, waar schenk je je kwaliteiten nog wel aan de wereld, waar mag het stiller worden?
Met 80 terugkijken, dealen met kwalen, verwonderen, tevreden zijn? Ben je er nog met 90, de wereld wordt steeds kleiner, het lijf krakkemikkiger, je bent er nog, jouw wijsheid staalt in stilte, dat is belangrijk. Met 100 die gouden kroon, of de kroon juist afzetten omdat je ‘m niet meer nodig hebt?
Deel deze pagina: