Huib van den Doel en de antroposofische gezondheidszorg
Huib van den Doel overleed op 18 juni 2024 in Haarlem op 87-jarige leeftijd. Hij was van grote betekenis voor de gezondheidszorg in het algemeen en op latere leeftijd speciaal voor de antroposofische gezondheidszorg. In een interview in het online tijdschrift De Digitale Verbreding van de NVAZ (de Nederlandse Vereniging van Antroposofische Zorgaanbieders) verscheen op 27 januari 2010 een afscheidsinterview met hem door redacteur Michel Gastkemper. Daarin is over zijn levensloop onder meer het volgende te lezen:
Begonnen als docent Nederlands op een gymnasium, daarna doorgeschoven als universitair docent Nederlandse letterkunde, in combinatie met filosofie en geschiedenis, maar de academische carrière verlaten voor een directeurschap op onderwijsgebied van wat we nu een landelijk ‘kenniscentrum’ zouden noemen, in het protestants-christelijke veld. Altijd vernieuwing en verbreding zoekend, uit ervaring wetend dat diversiteit en vrijheid de beste ontwikkelingsinstrumenten zijn. Daardoor ook belandend in het vrijeschoolmilieu, als spreker op een congres over onderwijsvrijheid, waarmee veel raakvlakken bleken te bestaan.
Maar wel altijd een eigen weg zoekend en gaand, waardoor na tien jaar, op 42-jarige leeftijd, een switch van onderwijs naar gezondheidszorg verklaard kan worden. Directeur van de Nationale Ziekenhuis Raad (NZR), nog zo’n centrale positie. Nu gericht op innovatie van de intramurale gezondheidszorg in geheel Nederland, wat in de jaren tachtig hoognodig is. Beatrixoord in het Groningse Haren en het Willem van den Bergh-centrum van ’s Heeren Loo in het Zuid-Hollandse Noordwijk volgen, ieder een jaar of vijf, respectievelijk als algemeen directeur en als directeur zorgzaken.
En dan, in 1997, wanneer de VUT-leeftijd is bereikt, is het moment daar om echt als vertegenwoordiger van de antroposofische gezondheidszorg op te gaan treden. Voorzitter van de Federatie Antroposofische Gezondheidszorg, de voorloper van de NVAZ. Ook dit doet Huib tien jaar lang, waarmee een soort van ‘tienjaren-ritme’ in zijn loopbaan zichtbaar lijkt te worden. Geen ‘zevenjaarsritme’ zoals de antroposofie die kent, maar een eigen ritme. Dit zou heel goed op hem van toepassing kunnen zijn, zijn zin voor onafhankelijkheid onderstrepend. Zo kunnen in zijn zestiger jaren, waarin anderen als gepensioneerden gewoonlijk van hun vrijheid genieten, veel draden uit zijn leven bij elkaar komen en voor de antroposofische zorg ingezet worden.
Bijvoorbeeld Beatrixoord; op de locatie van het toenmalige sanatorium voor tbc-patiënten in Appelscha krijgt de nieuwe sociaaltherapeutische instelling OlmenEs zijn eigen plek. Ook Camphillgemeenschap Orion in Rotterdam plukt de vruchten van het netwerk dat Huib als directeur van de NZR heeft opgebouwd. Nog een draad: de bijzondere Willem van den Bergh-leerstoel voor ethiek van ’s Heeren Loo, in het verleden door Hans Reinders bezet. Die heeft een soort voortzetting gekregen in de Bernard Lievegoed leerstoel. En dan de Bernard Lievegoed Kliniek zelf, die door moeilijke jaren moest worden heengeloodst. Nog altijd zit Huib hier in de Raad van Toezicht, nu van de Lievegoed Zorggroep, de hemel is nog niet opgeklaard. Zoals eerder in De Digitale Verbreding beschreven, is er nu een interim-bestuurder aangesteld die de opgelopen tekorten moet wegwerken.
Deel deze pagina: